Tag archieven: #CreativiteitStimuleren

Eigen initiatief

Soms willen kinderen gewoon lekker aanklooien en lekker bezig zijn met materiaal. Soms hebben ze ook al een gericht idee van wat ze willen gaan doen. Zo hadden we laatst iets besteld via internet wat in een veel te grote doos aankwam. Mijn dochter vond dit reuze interessant. En ze zei dat dit wel het Pietenhuis kon zijn. Met de bedoeling om dit na te bouwen, natuurlijk. Samen met haar vriendinnetje die op dat moment bij ons kwam spelen, ging ze aan de slag.

Ik vond dit een super goed idee van haar! Niet om het idee zelf, maar dat ze zelf het initiatief nam en zelf al een creatief idee had bedacht met wat ze met doos kon gaan doen.

Fantasiespel en creativiteit gaan ook hand-in-hand.  Om het fantasiespel goed te kunnen uitvoeren, heb je soms letterlijk creativiteit nodig. Creativiteit in de zin van iets MAKEN. De fantasiewereld vormgeven en uitbeelden. Haar creativiteit was al in gang gezet door haar conceptuele idee van het omvormen van de doos naar een huis. Maar hoe dit aan te pakken, daar was ze nog niet vaardig in. Dus hielp ik haar een handje in haar creatieve leerproces door vragen te stellen. En…hoe ziet je pietenhuis eruit? “Het heeft een dak, en je kunt erin zitten”. En…..dan?….dan zit je erin…Is het dan niet een beetje donker binnen? Hebben de Pieten ook zo’n donker huis? vroeg ik haar.

Op die manier probeerde ik haar bewuster na te laten denken over hoe een huis eruit ziet en wat de onderdelen van een huis zijn. Verder liet ik haar vrij. Zij bepaalde de materialen die ze nodig had en ik haalde die materialen voor haar. Plak, gekleurd papier, schaar en stiften. Dat was genoeg.

Ze keek me aan, en wist even niet goed wat ze met die vraag moest. Dus verduidelijkte ik het. Heeft een huis ook niet ramen? Zodat je naar buiten kunt kijken? En zodat het huis van binnen niet zo donker meer is? En hoe ga je je raam uit het karton halen? “knippen” zij ze. Maar het knippen ging niet, kwam ze even later achter. Ik zag haar frustratie. Lukt het? vroeg ik haar. NEE! antwoordde ze boos. Ze kan soms heel snel gefrustreerd zijn wanneer iets niet gaat zoals ze het bedacht had, maar dit is dan ook gelijk een leermoment om om te gaan met fouten en hoe de dingen op te lossen. Het zelfontdekkend leren.

Toen die frustratie eruit kwam en ze er niet op een ander idee kwam. Gaf ik aan dat ik haar wel kon helpen met een stanleymes. Stanleymes? zei ze vragend. Dat kende ze nog niet. Dus uitgelegd en laten zien wat het was (een HEEL scherp mes) en dat dit alleen door grote mensen gebruikt mag worden. Dus met stanleymes heb ik de ramen gemaakt voor haar. Aandachtig zat ze te kijken hoe ik de vorm van de raampjes met het stanleymes maakte.  Zo ontdekte ze op welke manier je nog meer ramen kunt maken dan alleen een raam tekenen of opplakken. Ruimtelijk werk werd het dus.

Samen met haar vriendinnetje kreeg het huisje ook een huisnummer en een deurbel en een dak met dakpannen. Na die dag was ze nog niet klaar met het huis. Er werd ook nog een bank en tafel in het huis getekend. De bank had heel veel kussens, “om het lekker zacht te maken”, zei ze. Het huis kreeg ook nog een lampje wat ik samen met haar erin hing ( een draagbaar fietslampje). En zo was het huis af.

Zij en haar zusje gingen erin spelen, maakte het gezellig met allerlei speelgoed wat in het huisje verzameld werd. Maar ook in die situatie kwam ze een onverwachte probleempje tegen… Haar jongere zusje vond alles wat erop geplakt was, ook erg interessant en met name hoe het erop geplakt was. Dus ging zij het er weer afhalen. De oudste daardoor helemaal in tranen. Maar daarop gaf ik haar dan een tip hoe ze onder andere de dakpannen die eraf gehaald waren weer kon maken. Namelijk om de dakpannen er gewoon op te tekenen in plaats van erop te plakken, dan kan haar zusje ze er tenminste ook niet afhalen. Zo gezegd, zo gedaan.  Ook schreef ze groot haar naam erop, met de gedachte dat haar zusje dan tenminste wist dat het huis van haar was en ze er vanaf moest blijven. (nu kan haar zusje nog niet lezen, maar de gedachte erachter was een prima idee!).

Het huisje staat er nu al een paar weken. En sinds kort is het huis van beer geworden. Voor haar knuffelbeer werd er in het huisje een plekje ingericht om in te slapen. Het huis heeft een andere rol gekregen. En inmiddels heeft ze voor zichzelf een andere huisje gecreëerd, onder de tafel.

Mooi, om te zien hoe kinderen hun fantasiespel vormgeven en er een creatief leerproces ontstaat waarin er oplossingen gezocht worden voor de obstakels die ze tijdens hun spel tegenkomen!  En als ouder zijnde help ik graag een handje mee door mee te gaan met hun fantasie en vragen te stellen. Zo hou je het creatieve proces op gang en krijgt het creatieve project van je kind de kans om te groeien en te verdiepen.

Soms kan het zijn dat het even ongeroerd blijft liggen, maar het kan ook ineens weer de interesse wekken van je kind en dat er een vervolg aan gegeven wordt.

Emy.  

Een bezoekje aan het Stedelijk Museum Breda

Afgelopen week had mijn oudste dochter een ADV-dag en ik was vrij. Dat was dus weer een ideaal moment om even lekker met zijn tweetjes een bezoekje te brengen aan een kunstmuseum. Een museum waar ze nog nooit geweest en ik ook al een tijdje niet meer, is het Stedelijk Museum Breda. In dit museum is de erfgoed en geschiedenis van de stad Breda te zien en ook voor een deel hedendaagse kunst.

Voor kinderen tussen de 4-7 jaar is er een speurboekje waarbij de kinderen aan de hand van het boekje op zoek kunnen gaan naar de beelden die bij de tentoonstelling “Van Kasteel tot station” horen.  Het is een Kunstkijkpuzzel, wat een soort speurboekje/ kijk-kaart is. Hierin zijn een paar werken uitgelicht. Door de beelden te zoeken, leren de kinderen goed kijken naar een beeld.

Met dit speurboekje in de hand, gingen we van start. Het eerste beeld was niet snel gevonden, maar ondertussen had mijn dochter toch iets anders gezien wat ze ook wel leuk vond. Ze zag een bankje staan met daarop een boekje wat vast lag aan een ketting. Dit boekje ging ze bekijken en zag daarin wel een van de beelden staan die ook in haar speurboekje zaten. Ze bekeek het boekje aandachtig en had geen oog meer voor de schilderijen en beelden om haar heen.

Ik gaf aan dat we wel die beelden uit dat boekje ook konden zoeken. Dat gingen we doen.  Niet ver van het bankje, zag ik ineens een van de schilderijen uit het speurboekje. Ik zei “Ik heb er eentje gevonden!”, maar verklapte nog niet waar en liet haar zelf zoeken. Als tip gaf ik wel aan dat het vlakbij het bankje was. Toen zij ook het schilderij gevonden had, bleef ze er even bij staan. Ik vroeg haar of het haar ook opviel dat de mensen anders gekleed zijn dan wij. Ze bekeek het schilderij en zei “ja, zij dragen lange jurken”. Ik vertelde ondertussen kort over dat de mensen in dit schilderij niet hetzelfde droegen als dat wij nu dat deden.  En dat dat toen de mode was, zoals we nu kleding met een cheeta-print dragen.

Ik merkte al gauw dat ze haar interesse begon te verliezen, totdat ze eindelijk het schilderij met de maskers had gevonden. “Ja, daar hangt ie!”. Ze was blij dat ze het eindelijk gevonden had. We liepen er naar toe, ik pakte haar bij de hand. We bleven er even bij staan en terwijl we daar stonden, vroeg ik haar of ze wist wat dat was wat de mensen voor hun gezicht droegen en wat ze aan het doen waren. Zo probeerde ik haar interesse voor het schilderij te wekken. Ik vertelde dat het ging over carnaval vieren en dat de mensen verkleed waren en maskers droegen.Ik wees haar ook op de Carnavalsmuts die in de vitrine stond, en wees naar die hele lange veer.  “Zo’n hoed draagt de Prins van het Carnaval, dat is iemand die een belangrijk iemand met een speciale taak en daarom wordt hij de Prins genoemd”.

Ze bleef speuren in haar speurboekje. Vastbesloten om alle beelden te vinden, gingen we weer verder zoeken naar het volgende schilderij. Bij elk schilderij dat ze gevonden had, zette ze vervolgens een kruisje. Dit hadden we zelf er maar bij bedacht om het zoeken bij te houden en het spel leuker te maken. Ze ging er dan ook steeds goed voor op de grond liggen om haar kruisje erop te tekenen. Zo ging ze verder totdat ze alles gevonden had.

Het museum was te groot om alles te bekijken en we hebben dan ook heel vluchtig rondgekeken bij de andere tentoonstellingen. Toch ontdekte we iets heel leuks en interessants…Voordat we bij de andere tentoonstellingen uitkwamen, moesten we eerst nog een trap af die ons leidde naar een soort van atelierruimte of Ontdeklab waar kinderen vrijblijvend konden tekenen en ontdekken. Daar was ook een grote caleidoscoop te zien, waarin je jezelf zag in de meerdere spiegels. Dit vond ze heel interessant….Ergens doorheen kijken en onderzoeken wat je nu ziet. Ze zei “mama, ik zie je héél, héél erg veel keer!”. Ze was enthousiast geworden over wat ze ontdekt had. En bleef turen door het gaatje. Het leuke was dat de trapjes los waren en je ze kon verzetten. Zo kon ze aan beide kanten de caleidoscoop bekijken.

Toen werd het toch echt tijd om weer naar huis te gaan. En na afloop van de speurtocht kreeg ze ook nog een button, die ze trots liet opspelden. En zo was ons bezoekje alweer op zijn einde.

Emy.